“Afspraken afzeggen en bok schieten hier! Afgesproken met Melvin. Middag komen, happen, jagen, slapen, ochtendbers, ontbijt en huiswaarts😁😁” Dat was het appje dat ik kreeg van Cas. Zo gezegd, zo gedaan. In de kelder had ik een ‘Fiep-fluit’(lokfluit voor een ree) van een jager liggen die hem niet meer gebruikte en aan mij cadeau had gedaan. Bersen had ik pas twee keer eerder gedaan, fiepen nog nooit. Ik kende wel de filmpjes, maar het zelf meemaken en beleven is een heel ander verhaal. Met dat wat ik dacht nodig te hebben ben ik naar Drenthe gereden. Eenmaal aangekomen hebben we eerst borrelhapjes met frisdrank genuttigd, daarna een heerlijk opgemaakt salade-rolletje in ham gegeten met ‘Kip in de hoed’. Toen deze werd aangesneden, dacht ik Kalamata-olijven te zien, maar dat bleken kersen te zijn. Kip met kersen, een combinatie die ik nog niet eerder had gegeten. Wel een eendenborst met kersen, maar nog geen kip. Het was echt lekker! Ik kan je echt aanraden deze een keer te maken, ik weet zeker dat ik deze thuis ook nog een keer zal gaan maken. Na de maaltijd geoefend met de schietstok, omgekleed en met Melvin op pad naar het jachtveld. ‘En raak schieten’, van Cas als toitoitoi.
Het is een prachtige avond, wel erg warm wat temperatuur betreft. De auto wordt in het jachtveld geparkeerd en Melvin loopt naar een veldje met mij in zijn kielzog. We proberen onderweg zo min mogelijk takjes onder onze schoenen te laten kraken. Op het eerste veld liggen een reekalf en een geit. Ik kan die met het blote oog niet zien, maar met warmtebeeld zijn die goed zichtbaar. We gaan verder, achter de bomen is een nog groter veld met hoog gras. Daar zijn twee reebokken en een geit, die rennen weg zodra zij onraad ruiken. We gaan nog verder, weer een ander groot veld met zowel heide als hoog gras en een paar bomen. Daar zien we een reebok en een reegeit. Er wordt gefiept en beide dieren kijken. De bok is wel geïnteresseerd, maar de geit heeft ‘er wel zin in’ en wijkt niet van de zijde van de bok. Ze draven richting de bosrand, en als wij dichterbij komen, gaan zij weer verder van ons af. Aan de bosrand is een vennetje. De geit en de bok zijn in het bos verdwenen. Dit was allemaal al prachtig om gezien te hebben, mijn avond kan sowieso niet meer stuk. Bij het vennetje maak ik nog een paar foto’s, het jachtveld is echt prachtig.
We besluiten een stukje verderop te gaan kijken in het jachtveld. Daar rijden we met de auto naartoe. Melvin heeft bedacht even op een van de vele hoogzitten te gaan zitten. De auto wordt geparkeerd, wij stappen uit en sluiten zo zacht mogelijk de portieren. We lopen het pad af en slaan de bocht om richting de hoogzit. Daar zien we verse sporen in het zand, we lopen iets verder, horen een soort geblaf (dat doen reeën als zij onraad ruiken) en staan meteen stil, omdat er twee reebokken uit de bossages springen. Let wel: We staan zo’n 10 meter bij de hoogzit vandaan. De één rent meteen weg, de ander blijft op ongeveer 80 meter op het pad naar ons staan kijken. Melvin en ik staan doodstil, de reebok ook. Er is een soort ‘staaractie’, wie beweegt als eerste. Het lijkt uren te duren, terwijl het waarschijnlijk maar een seconde of 30 heeft geduurd voordat de bok er het zijne van denkt en ook afspringt het bos in om daar nog een aantal malen luid te blaffen. Om alsnog op de hoogzit te gaan zitten, heeft geen zin. We gaan nog naar een ander gedeelte van het veld, naast een gedeelte met dennenbomen. Daar wordt gefiept en weer wachten we op enige beweging om ons heen. Het enige dat we zien is een haas, en daar blijft het bij. De schemer zal binnenkort inzetten, de zon gaat bijna onder. We gaan terug naar de auto en besluiten nog even te gaan kijken bij één van de dassenburchten in een weiland. Onderweg zien we nog een ree wegspringen, die was te herkennen aan de spiegel.
Bij het weiland aangekomen, klimmen we over het hek en lopen we naar de dassenburcht. Ik had er nog nooit eentje gezien, deze is echt gigantisch, ik denk wel zo’n 80m2 aan oppervlakte, met op meerdere plekken een ingang. Één ingang is ‘vers’, daar ligt vers uitgegraven zand. Als we dichterbij komen, zijn er zelfs 3 dassen aan het spelen. Eentje gaat de burcht in, de andere twee spelen verder. Ik probeer dichterbij te komen, en heb op een afstand van ongeveer 15 meter er toch nog eentje kunnen schieten met mijn camera. Wat zijn ze leuk! Helaas duiken beide ook de burcht in en laten zich daarna niet meer zien. Het begint donker te worden, en wij besluiten richting huis te gaan. Cas zit daar te wachten en luistert naar al onze verhalen. Helaas geen buit, maar jeetje, wat een prachtige avond! De tactiek voor de volgende ochtend wordt doorgenomen en daarna gaan we naar bed voor een heel kort nachtje. De wekker gaat om 4.45 uur.
Weer een prachtige ochtend. We gaan naar hoogzit Dennis 2 (Dennis heeft deze hoogzit gemaakt). Zodra we gaan zitten en Melvin fiept, zien we op zo’n 120-150 meter recht tegenover ons op een dijkje een reegeit staan. Niet veel later beweegt er links van ons iets tussen de bomen. Het is een reebok! Melvin vraagt of ik mijn wapen voor hem langs kan leggen, ik verzit en verleg mijn wapen. Door mijn vizier zie ik de bok. Weer een fiepje, de bok beweegt en blijft breed staan. Melvin vraagt of ik hem kan schieten. “Ja”, is mijn antwoord, en ik krijg het ok om te schieten. Een tel later druk ik af en meteen verdwijnt de bok uit het vizier. Melvin zegt “Die ligt, Waidmannsheil, mooi schot.” Ik tril van de adrenaline die door mijn lijf gonst, ik zeg dat ik de bok niet heb zien vallen of zien afspringen. Melvin stelt me gerust, de bok stond aan de rand van een wildakker, en achter de bok is een diepe greppel.
De bok is dodelijk geraakt en meteen de greppel ingevallen. Nadat we Cas op de hoogte hebben gebracht dat het mij gelukt is een reebok te schieten, gaan we naar mijn buit. Die ligt inderdaad precies waar Melvin had gezegd, in de greppel. Ik bewonder de bok, zie het prachtige zesender-gewei en maak een paar foto’s. Dan slepen we de bok naar boven en plukt Melvin, zoals het een jachtmeester betaamt, 3 breuken (in dit geval eikentwijgen). Eentje is als laatste beet voor de geschoten bok, die krijgt hij in zijn bek, de tweede is voor waar het inschot was en wordt op de wond gelegd, de derde is voor mij. Ik krijg wat bloed van mijn buit op mijn wangen gesmeerd. Ik doe mijn petje af, Melvin feliciteert mij met mijn reebok, mijn schot en wenst mij Waidmannsheil. Ik neem de breuk aan met een Waidmannsdank en plaats de breuk in mijn pet. We waren nog geen kwartier in het veld, en we hebben al buit! De bok wordt ontweid (de ingewanden worden eruit gehaald) en achtergelaten in het bos voor ander wild om op te eten. Omdat ik besloten heb dat ik de bok niet wil laten opzetten, maar de schedel op een plankje wil hebben (zodat ik deze naast de schedels van grofwild die ik met Melvin en Cas samen heb kunnen bemachtigen,zo heb ik alle herinneringen bij elkaar straks), kan de slokdarm er op een bepaalde manier uitgehaald worden.
Het is nog vroeg en ik vraag Melvin of we nog even in het veld kunnen blijven om te bersen en te kijken. ‘Ja, zekers!’, is het antwoord. Want we hebben ook nog kans dat we zijn eerste bok van het jaar zouden kunnen schieten! Met de auto rijden we naar een ander gedeelte van het jachtveld. Daar lopen we langs een klein meertje naar een grote open vlakte met een aantal bomen heide en hoog gras. Echt, het lijkt wel een Savanne. Een groot meer aan de rechterkant, verder weg is de bosrand. We zijn net te laat voor mooi zacht ochtendlicht voor foto’s. Het is een beetje heuvelachtig terrein, ik kijk letterlijk mijn ogen uit en geniet met volle teugen van de prachtige omgeving. We gaan bovenop zo’n heuvel staan. Melvin pakt zijn wapen en schietstok en zet de stok klaar in de richting waarvan hij denkt dat de bokken zouden kunnen komen. Weer klinkt de lokroep en blijven we stil wachten en speuren we naar bewegingen in het veld. En ja hoor, we hebben de aandacht van een reebok.
Twee oren steken boven het hoge gras uit. Dan verdwijnen die weer en beweegt het hoge gras naar waar wij staan. Weer twee oren en een kop boven het gras uit, de bok kijkt en komt weer in beweging naar ons toe. Nog een keer, en terwijl ik me afvraag of de bok ons niet midden op de heuvel ziet staan, verschijnt hij weer uit het hoge gras en staat weer stil om naar ons te kijken. Hij beweegt zelfs zijn nek nog drie keer steeds iets verder naar links om naar ons te kijken. Net op het moment dat hij ons weer nadert, klinkt er een schot en ligt de bok. ‘Hij heeft één stang die afgebroken is’, zegt Melvin. De bok ligt gestrekt op de aanschotplek. Hij heeft inderdaad een stang die halverwege een keer afgebroken is. Ik feliciteer Melvin met een Waidmannsheil. Weer wordt een breuk gepakt en aan de bok gegeven. Zo werkt jacht. Avonden of dagen dat je niets ziet, of juist veel ziet maar geen kans krijgt, en nu hebben we binnen een uur 2 bokken als buit. Ik vind het altijd jammer als je helemaal niets hebt kunnen zien. Zoveel reewild als de dag ervoor zien, is voor mij met volle teugen genieten. Maar na meerdere keren geen kans gehad te hebben (ik was al een paar keer eerder naar Drenthe gereden met kans op een ree), en dit keer wel buit te hebben… Phoe, dat is wel de kers op de slagroomtaart hoor!
Als we bij het huis terugkomen, komt Cas ons al tegemoet lopen met zijn krukken en een dikke grote lach op zijn gezicht!! (Want als jachthouder wil je ook dat je gast de kans krijgt en die kan benutten als je diegene uitnodigt!) Er wordt gelachen, gefeliciteerd, omhelst en daarna naar de buit gekeken. De bokken worden op het gazon neergelegd, met de breuken en nog een bloem erbij. De jachthoorn staat klaar en Melvin blaast de reeën dood. Dan heeft Cas als jachthouder nog een praatje. Dat hij zo blij is dat het zo’n mooie ochtend is geweest, dat mij deze bok zo gegund was als verjaardagscadeau voor mijn 50e, dat hij blij was met de kaartjes naar het ziekenhuis, dat hij blij is dat de ochtend zo mooi verlopen is. Ik wordt gefeliciteerd met een stevig Waidmannsheil door zowel Cas als Ina. Ik bedank Cas, Melvin en Ina voor deze bok die mij zo gegund is. Dat ook ik blij en opgelucht ben hoe het allemaal verlopen is. Dat de buit deze twee dagen toch wel met een gouden randje afsluit. Eerst koffie, en terwijl ik geniet van mijn eerste cappuccino van die dag, staan Cas en Ina voor ons vieren een heerlijk stevig ontbijt klaar te maken, met een soort Rozijnenslof en gebakken eitjes met spek. Tijdens het ontbijt buiten vertellen Melvin en ik hoe het allemaal in zijn werk was gegaan die ochtend. Ondertussen heeft Dennis (van de hoogzit) gehoord van de buit en laten weten dat hij even aanwaait voor een borrel. Ook van hem krijgen Melvin en ik Waidmannsheil en vertellen we bij de koffie onze jachtbelevenis
Als Dennis weg is, pakken Melvin en ik onze bokken en hangen die naast elkaar onder de carport, zodat we deze uit het vel kunnen halen en daarna in iets kleinere stukken kunnen snijden. Gelukkig is Melvin hier heel kundig in, en kan ik bij hem de kunst afkijken. De zwaluwen die hun nesten en jongen hebben in de nok van de carport, vonden het iets te spannend dat wij daar de ingang blokkeerden en zwermden voor de carport rond. Cas staat binnen alles in ‘hapklare’ stukken te snijden en doet alles in zakjes met labels. Ik neem mijn bok in grotere stukken mee in een koeltas. Melvin en Ina gaan intussen naar zijn nieuwe woning een paar kilometer verderop. Ik duik nog even onder de douche terwijl Cas zijn therapie aan huis krijgt. Daarna pak ook ik mijn spullen om richting het nieuwe huis van Melvin te gaan. Ik neem afscheid van Cas en ga naar Beilen. Daar zijn Ina en Melvin druk met van alles en nog wat. Het is een redelijk nieuw huis, en er hoeft op zich niet veel gedaan te worden, maar alle kleine dingen bij elkaar maakt dat het toch wel wat werk is. Na de rondleiding help ik nog een klein handje, om daarna huiswaarts te gaan. Onderweg laat ik de afgelopen dagen nog de revue passeren. Wat heb ik weer veel nieuwe ervaringen opgedaan, zoveel nieuwe dingen gezien, gehoord en geleerd. Heerlijk bij kunnen kletsen, lekker gegeten, en ook trots op mijn buit. Dankbaar en blij dat vrienden je deze ervaringen gunnen en hun kennis en gastvrijheid met mij willen delen. Ik ben een rijk mens! Cas, Melvin en Ina, dank jullie wel, voor alles!
Vandaag het recept van een Wildbouillon. Op deze manier gebruik je echt bijna alles van het ree. Ik heb de nek en de rug gebruikt voor deze bouillon. Als de bouillon klaar is, kun je het vlees van de botten plukken en eventueel in de soep gebruiken. Je kunt het vlees ook gebruiken in bijvoorbeeld een Tafelspitzsülze, en dan heb je meteen een beetje van de bouillon die je hiervoor nodig hebt. Dan heb je een leuk voorgerecht. Van de rest van de bouillon kun je weer een volgende gang maken, een soepje. Geen zin in soep? Vries de bouillon dan in. Je kunt ook een gedeelte van de bouillon met behulp van een trechter in ijsblok-zakjes doen, Dan kun je steeds een kleine portie pakken als je die nodig hebt voor bijvoorbeeld een saus. Gisteravond hebben vrienden hier gegeten en hebben we een deel van mijn geschoten bok gegeten. Gelukkig was alles dat ik had gemaakt gelukt. En als er een keertje iets niet lukt, dan gaat alsnog niemand met honger naar huis. Koken voor vrienden moet geen stress geven. Vrienden die komen eten zullen al blij zijn als je een beetje meer moeite hebt gedaan dan een AVG-tje op tafel zetten. Mochten ‘vrienden’ wel zeuren, dan zijn het geen vrienden en moet je je afvragen of je die überhaupt wel uit wilt nodigen 😉.
Comments